maandag 28 november 2011

Elswout


Nee, dit is niet het huis van Sinterklaas. Dit is het 'Grote Huis' op landgoed Elswout, net boven de Amsterdamse Waterleidingduinen, bij Overveen. Honden zijn hier toegestaan, dus Louca mocht mee dit keer. Een park in Engelse landschapsstijl. Zo dichtbij en nooit geweten dat het bestond.


Aan de weg die langs het park loopt, ligt Kraantje Lek, met de holle boom. Welbekend, van de schoolreisjes? De dagjes uit, toen je klein was, misschien. Ik kwam er voor het eerst voorbij toen ik de veertig al lang en breed gepasseerd was.


Landgoed Elswout is in 1634 ontstaan, toen de Amsterdamse lakenkoopman Carel Molijn er de duinen liet afgraven en er een huis liet bouwen. Het zand was nodig voor de stadsuitbreiding van Amsterdam en Haarlem. Molijn werd er rijk van maar ging later toch failliet en moest zijn landgoed verkopen. Het huis dat hij liet bouwen is niet het huis op de foto. Daarop zien we het al genoemde Grote Huis, met de bouw waarvan in de tweede helft van de negentiende eeuw wordt begonnen. De opdracht voor dit op een zestiende-eeuwse Italiaanse villa geïnspireerde huis komt van de danmalige landeigenaar Willem Borski III, telg uit een rijke bankiersfamilie. Als hij overlijdt, in 1884, staan alleen de buitenmuren overeind, als een stenen decor. De bouw ligt stil. En dat blijft een hele tijd zo, want zijn zus, Johanna Jacoba van der Vliet-Borski, wil er niet wonen. Zij laat gordijnen op de ramen schilderen zodat het pand bewoond lijkt. Het Willinkachtige huis, dat door zijn afmetingen van alle kanten te zien is, is nooit echt bewoond geweest. Pas in de Tweede Wereldoorlog wordt het door de Duitsers afgebouwd. Zij gebruiken het als radiografisch afluistercentrum. Na de oorlog is er nog een lyceum in gevestigd en later een tuinbouwschool. Het huis figureerde ook nog als psychiatrisch ziekenhuis Zonnedael in de televisieserie Loenatik. Sinds 2004 is men bezig met de restauratie van het gebouw.


Niet ver van het Grote Huis ligt de orangerie, die dienst doet als luxe gelegenheid voor bruiloften en partijen.


En behalve de fraaie gebouwen en al het natuurschoon zijn er ook nog de hertjes en de schaapjes, op landgoed Elswout. Het is daar mooi. Genoeglijk.

Bronnen: wikipedia en Staatsbosbeheer.

maandag 21 november 2011

Piet gevonden?

'... eerder aangetroffen in boekwinkel, schrijvend...'
Is dit hem misschien?

zondag 20 november 2011

Piet zoek


Signalement: paars met zwart pak met gouden strepen, baret met veren, takkenbos in ene hand, zak in andere hand, waaruit persoon in kwestie koekachtige versnaperingen ronddeelt, of strooit, maar dan in d'een of d'andere hoek, eerder aangetroffen in boekwinkel, schrijvend, daarvoor op daken, altijd in de buurt van schoorstenen, haalt vreemde capriolen uit, in linkeroor overdreven grote gouden oorring (kan ook geelkoper zijn), Spaans accent, huidskleur zwart, snelle gympen, slijtvast.

zondag 13 november 2011

Au revoir

Vanmiddag in de laatste warmte van het jaar nog wat verhalen van Martin Bril.
Met de bergen in de verte, de heuvels rondom. De rit van de nederzetting boven naar het dorp beneden. Lagarde Enval. Het café. De bakker en de bakkersvrouw. De Casino-supermarkt, met nog drie pakjes boter in het schap. Overal witte Renaultjes. Het geluid van motorzagen. Herfst in Frankrijk.

maandag 7 november 2011

Edinburgh (2)


Mooi hè, al die herfstkleuren? Gezien vanaf Edinburgh Castle: Princes Street Gardens, met het spoor richting Waverley Station, het met glas overdekte complex in de verte. Daarvoor, en achter de kleurenpracht van de bomen in het park, de gebouwen van de Royal Scottish Academy en de National Gallery of Scotland. Dan, in het midden van de foto, het torentje van Scott Monument, opgericht voor Sir Walter Scott, de schrijver, onder het torentje uitgebeeld met zijn hond, in wit marmer, maar dat is niet te zien. Daar weer achter, rechts van het midden, een gebouw met een Big Ben-achtige toren dat het vijf sterren Balmoral Hotel voorstelt, met kamers van £ 380,00 tot £ 2.000,00 per nacht voor twee personen, en een full Scottish breakfast voor (slechts) £ 21,50. Helemaal in de verte Calton Hill met het tempelachtige National Monument en het torentje dat is opgericht ter ere van de bekende zeeheld en daarom Nelson Monument heet. Nog meer in de verte het water van de Firth of Forth met zeer waarschijnlijk het eiland Inchkeith. Aan de linkerkant langs het park Princes Street en rechts tegen de helling die naar de Royal Mile voert, net links van de twee donkere torens, het vroegere hoofdkwartier van de Royal Bank of Scotland. De straat omhoog – of omlaag, het is maar net hoe je het bekijkt – is The Mound. Links in de benedenhoek is nog een stukje van de Ross Bandstand te zien, een podium met tribune voor muziekoptredens, een soort uit de kluiten gewassen vaste muziektent. De foto is genomen op een zonnige 15 oktober.

donderdag 3 november 2011

Vroege herinneringen (preview)

We woonden in een huis met een plat dak. Dat noemden we 'het platte dak'. Want je had ook nog een puntdak, met pannen. Je had het puntdak met pannen, en dan het platte dak. Niet een plat dak dus over het hele huis, als een deksel op een koektrommel. Nee, je had een puntdak, met aan weerszijden pannen, schuin aflopend naar de voor- en achterkant van het huis, en dan verdiept in het schuine pannendak aan de achterkant een deur, en door die deur kwam je dan vanaf de zolder op het platte dak.
In het begin was er een afzetting van gaas, ruiten, dat zie je op de eerste foto's van het platte dak. Maar algauw kwamen daar planken tegenaan van oude pallets, met ook nog plastic golfplaten ertussen. Als je op je tenen stond, kon je daaroverheen kijken. Toen de golfplaten wat seizoenen achter de rug hadden, braken er stukken af aan de bovenkant. Ik weet niet of dat door ons kwam. Mijn zus moest nog meer op haar tenen staan om over de rand te kijken dan ik, want ze was jonger en kleiner.
Door die afzetting was het wel veilig, want het was een hoog dak, het platte dak. Je keek over alle huizen heen. Ik weet nog dat ik er plantjes in een bak liet groeien, afrikaantjes, die zo raar ruiken. En dat ik een konijn had, in een hok met stro. Ik gaf het konijn gras en het had een naam, maar die weet ik niet meer. Snuf of zo. Op een gegeven moment was het konijn er opeens niet meer. Zo gaat dat met konijnen, heb ik later begrepen. Ik had het konijn gehad toen ik een keer een weekje mee mocht met mijn vader op de boot van zijn werk. Die boot ging toen ergens aan de kant liggen onderweg en toen kreeg ik dat konijn van een man die bij mijn vader werkte en die daar woonde. Ik denk dat die man nog wel meer konijnen had.

(wordt vervolgd)