vrijdag 26 september 2014

Wat ben je mooi!


Nostalgie waar je blij van wordt. Ouwe bus. In warm grijs, met een roomwit dak. Uit een tijd dat er nog geen kleurenfoto's bestonden. Toen Arriva nog NZH was. En LUMC nog AZL en PostNL nog PTT.


Met buschauffeurs die nog de tijd hadden, en als je gezegd had waar je naartoe wilde via een ingewikkeld apparaat met heel veel knopjes in rood, geel, wit en zwart, in een paar bewegingen – wat geschuif heen en weer – en draaien aan een slinger een kaartje tevoorschijn toverden. Zomaar, leek het, ik wil niet zeggen schijnbaar achteloos. Overzichtelijke tijd.


De tijd dat ik in Leiden ging werken – ik stapte dan op in de Varkevisserstraat, iets verderop stapte mijn neef in, die ging naar school. Of waren die bussen toen al geel?


Als de koningin jarig was, staken ze er vlaggetjes op. Dat doen ze nu ook bij bruiloften, zie ik.


Dag bus. Dag goeie, ouwe bus. Nu zie ik je in kleur. En ja... wat ben je mooi!

dinsdag 23 september 2014

Op het schrijversstrand (6a)


Het is nog anders. A.J. van Raalte (zie Op het schrijversstrand (5)) was geen gemeentesecretaris maar wethouder, van 1974 tot 1978, namens de Combinatie Christelijke Partijen (CCP). Zelf was hij van de ARP.* Misschien dat hij ook ouderling was.** Dan klopt het verhaal van Maarten 't Hart. De oom die in Katwijk uit preken ging, was dominee Nico 't Hart.


De bungalow waar ze na de kerkdienst koffie gaan drinken, heeft Van Raalte in de jaren vijftig laten bouwen. Hij en zijn vrouw hadden vijf kinderen, twee zoons en drie dochters.*** Het huis naast de bungalow werd het 'tussenhuis' genoemd en het huis met de twee garages eronder het 'garagehuis'. In een van die huizen moet de architect van het complex gewoond hebben, Marten Zwaagstra.**** Ik denk, het laatste. Want aan zo'n groot raam op het noorden heb je wel wat als je moet tekenen. In de duin aan de boulevard ligt nog een derde garage verstopt. Zo heeft elk huis z'n garage. De verborgen garage loopt het verst door naar het zuiden en zal wel bij de bungalow horen. Vanuit de garage kun je dan zo naar binnen. Je kunt ook via de trap over de duin. Het complex heeft ook nog gediend als filmlocatie.

* A.Th. van Deursen, In Katwijk is alles anders. Een christelijk dorp ontmoet de wereld 1940-2005. Amsterdam, Bert Bakker, 2011, pp. 145, 152. In de CCP gingen vanaf 1970 tot 1978 de ARP, KVP en Katwijk-Rijnse CHU samen. De Katwijk-Zeese CHU hield zich afzijdig.
** Volgens C.J. Heemskerk, scriba van de Vrijgemaakt Gereformeerde Kerk ('artikel 31'), is Van Raalte bij de scheuring van 1967 overgegaan naar de Nederlands Gereformeerde Kerk. Wellicht dat hij daar ouderling geworden is; bij de Vrijgemaakten was hij dat nog niet.
*** Volgens opgave van een kennis van het gezin.
**** Volgens Bert van der Meij.

zondag 21 september 2014

maandag 15 september 2014

Op het schrijversstrand (6)


Kijk, de bungalow van de gemeentesecretaris staat er nog steeds, boven op het duin, waar Maarten ooit z'n meisje ophaalde. Wacht, we halen 'm even dichterbij.


Wordt het niet tijd voor een plaquette, naast de voordeur?

Ook al is het verhaal net even anders. Of toch niet... Dan heeft de schrijver het wat aangedikt. Het staat in de bundel Het roer kan nog zesmaal om, in het verhaal 'De man Gods uit Juda'. Het blijkt daarin niet om de dochter van de gemeentesecretaris te gaan maar om de dochter van een ouderling. De schrijver vertelt dat toen hij ging studeren in Leiden zijn oom eens moest preken in Katwijk en hij en zijn tante met hem meegingen. Na de kerkdienst gaan ze koffiedrinken. Die wordt 'ditmaal geserveerd bij een ouderling die een riante bungalow op een duintop bewoonde. Dadelijk nadat wij de woonkamer binnenkwamen, zag ik dat er een levensgroot naakt aan het schone metselwerk hing. Mijn tante verbleekte, ging er demonstratief met haar rug naartoe zitten, trok mijn oom haastig naast zich zodat hij niet in velerlei verzoeking zou worden geleid. Voor mij restte toen slechts een plaats tegenover het schilderij, maar ik had er nauwelijks oog voor, keek alleen maar naar de donkere, fraaie, nogal droevig en melancholiek ogende dochter – een meisje van mijn leeftijd [...].' Later maken de families een strandwandeling en lukt het Maarten om met het meisje door wat sneller te lopen ver vooruit te komen, los van de groep. Maarten is verliefd op het meisje, maar kan haar niet krijgen, want ze heeft al een verkering, maar dat ligt allemaal heel ingewikkeld, want er is een kerkscheuring aan de gang en die verkering is daardoor in de andere groep terechtgekomen, aan de andere kant van de scheur.

Maar goed, ze lopen over het schrijversstrand. Zoveel is zeker. En de bungalow, waar de schrijver door de blik van de dochter van de ouderling gevangen werd, is er ook nog steeds. Toch maar een plaquette?

Bron: Maarten 't Hart, 'De man Gods uit Juda', in: Het roer kan nog zesmaal om. Amsterdam, De Arbeiderspers, 1984, pp. 198-246.

Met dank aan Peter van Duijvenboden voor het aanreiken van de bron.

zaterdag 13 september 2014

Op het schrijversstrand (5)


En Maarten 't Hart had ooit verkering met de dochter van de gemeentesecretaris, lees ik op Facebook. Dan zullen ze ook wel op het strand geweest zijn, of in de duinen...

Met dank aan Gerard Brouwer, die mij hierover tipte vanmiddag.

vrijdag 12 september 2014

Buiten bij het zomerhuis (2)


En dat geministeckte autootje dat daar staat, moeten we toen gemaakt hebben. Wat zal 't zijn? Veertig jaar geleden? Die wolkjes...

donderdag 4 september 2014

Buiten bij het zomerhuis – Wat ik mis (15)


Dit is het zomerhuis van m'n overgrootmoeder. Ze leeft allang niet meer. Ze werd honderd. Ik herinner me hier warme, zomerse verjaardagen, gebakjes en glaasjes sinas, een schaal met bowl op tafel, er was een buffetkast en in een hoek een gordijn. We zaten allemaal buiten. Daar keek je zo op het erf van de buren en speelde een oom op een gitaar.