woensdag 7 december 2016

Bandje van echtheid

Bandje van echtheid, 1,1 x 10,5 cm.

Dit is mijn 'bandje van echtheid'. Het bewijs dat ik het ben die op 7 december 1961 om 3.24 uur geboren werd. Ik kreeg het om mijn pols in het Academisch Ziekenhuis te Leiden. Er staat ook nog een nummer op: 2118.* Alles om te voorkomen dat ik verwisseld zou worden met een andere baby. Dat had gemakkelijk gekund.

Precies een week eerder namelijk, op 30 november 1961, werd Huig van der Meij geboren. Ik heb zijn bandje van echtheid nooit gezien, maar ik weet dat omdat ik hem geïnterviewd heb voor mijn onderzoek naar het Katwijks dialect en bij het invullen van de personalia naar zijn geboortedatum heb gevraagd. Toen we het erover hadden, dat we precies een week na elkaar geboren waren, vertelde hij dat hij in hetzelfde zaaltje gelegen had als ik en dat mijn vader toen hij op bezoek kwam een keer een visje had meegebracht voor onze moeders.**

Als ik met Huig verwisseld was, had mijn leven er heel anders uitgezien. Ik was dan hovenier geweest en in een gezin opgegroeid waar plat Katwijks werd gesproken. Mijn vader had op klompen gelopen en ik had in de Sluisweg gewoond. Toen ik zesendertig was, zou daar een dialectoloog zijn langsgekomen die mij ging interviewen over mijn dialect. Dat zou dan Huig van der Meij geweest zijn, maar met mijn naam en achternaam.*** Hij moest nog meer interviews afnemen in Katwijk en ging daar een dik boek over schrijven.**** Als ik met Huig verwisseld was, had mijn zus een heel andere broer gehad. Maar we hadden dat allemaal niet geweten.

Als het toch gebeurd is en ik verwisseld ben, wat gemakkelijk kan, is Huig de zoon van mijn moeder en ben ik de zoon van zijn moeder. We zullen het nooit weten.

Noten
* Zo'n hoog nummer kan natuurlijk best als je in december geboren wordt. Ik moet dat uitzoeken. Als het inderdaad een volgnummer is en we ervan uitgaan dat ik op de 341ste dag van 1961 geboren ben, komen we voor het Academisch Ziekenhuis Leiden op een gemiddelde van 6,2 baby's per dag. Ik vind dat nog meevallen voor zo'n groot ziekenhuis. Maar misschien kreeg je in andere gevallen ook wel een bandje van echtheid om je arm en dan is het gemiddelde geboortecijfer lager.
** Dat had hij van zijn moeder gehoord. Blijkbaar lag je in het begin van de jaren zestig ook wel lang in het ziekenhuis als je bevallen was.
*** Want wij zouden alleen als persoon verwisseld zijn. Het interview vond plaats op 2 december 1997.
**** Dat was zijn proefschrift, Dialect en dialectverandering in Katwijk aan Zee, dat in 2004 zou verschijnen. Met Jaap van der Marel zou Huig van der Meij nu aan het Katwijks woordenboek gewerkt hebben, dat volgend jaar verschijnt, bijgenaamd 'De Dikke Van der Meij en Van der Marel'. Wat goed blijft hangen, omdat het door het staf- of letterrijm zo mooi allitereert. Maar dat kunnen we niet weten, of het Huig is die in mijn naam aan het woordenboek werkt, en dus wordt de bijnaam gewoon toch maar 'De Dikke De Vink en Van der Marel'.

10 opmerkingen:

  1. Gefeliciteerd, Leendert, en ik hoop dat je een heel mooie dag hebt!

    Groetjes,

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Leendert, Van harte gefilsiteerd, zoals we op Kettek zegge. En wat betreft dat nummer, ik heb als verpleegkundige op krek dezelfde afdeling gewerkt, maar dat was aan het begin van de jaren tachtig. En ik kan me herinneren dat er in een groot boek het aantal geboortes werd bijghehouden. Naar mijn weten kwamen we aan het einde van het jaar tot circa 1300. Wat zou betekenen dat er aanzienlijk minder kinderen geboren werden dan in 1961. Ik weet niet of dat waar is. Misschien waren er wel minder verlosbedden in het begin van de jaren tachtig. Of er waren echt minder zwangeren. 1961 past nog een beetje in de euforie van na de oorlog, een na-ijleffect van de baby-boom? Maar het kan ook dat het aantal kinderen per vrouw gewoon drastisch was afgenomen (emancipatie e.d.), wat ik eerder denk. Het is leuk om eens uit te zoeken.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Prachtig, net als het grote boek van Sinterklaas en het boek waarin alle promoties worden bijgehouden. Ja, wat wordt, en werd, er allemaal wel niet bijgehouden! Ik zou dat geboorteboek graag eens zien, kijken welk nummer Huig heeft...

      Verwijderen
  3. Vroeger werd er meer thuis gebaard?
    Zou zomaar kunnen...

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dat zou je denken Jan, want inderdaad: 60 jaar geleden beviel 80 procent thuis, tegenwoordig nog geen 20 procent. Maar dat verklaart niet dat Leendert een van de ruim 2100 baby's in het AZL was, terwijl er in mijn verpleegkundetijd rond 1982 slechts 1300 per jaar in het AZL geboren werden.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Ik heb het even nagezocht. Het aantal levendgeborenen in Nederland in 1961 was 247.407 en in 1982 was dat aantal 172 071. Een ratio van 1,43 en nog wat. Omgerekend naar het geboortecijfer in het AZL zou, uitgaande van 1300 geboortes in 1982 het cijfer in 1961 1859 moeten zijn. Maar Leendert was nummer 2118, en dat ook nog eens op 7 december. Ergens klopt er dus iets niet. Ik weet, het is statistiekkunde van de koude grond, maar er kan grofweg een aantal dingen aan de hand zijn:

    1. Ik vergis me met mijn aantal van 1300. Misschien was het wel 1100. Maar dan nog: de geboorteverhouding tussen de twee jaren weegt niet op tegen de wetenschap dat het aantal ziekenhuisbevallingen procentueel in de loop van de tijd juist toenam.
    2. Misschien verwijst het nummer op het bandje van Leendert wel naar iets geheel anders.
    3. Het aantal verlosbedden is toegenomen. Dat verlangt dus van ons dat we in de annalen van het Academisch Ziekenhuis duiken.

    Misschien leuk voor een medisch historicus om hier op te promoveren 

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Weet je wat ik denk. In de Randstad werden er misschien meer kinderen in ziekenhuizen geboren dan in bijvoorbeeld het oosten van het land, waar het nog meer traditioneel toeging. Dan kan het aantal geboorten in het AZL in 1961 toch hoger geweest zijn. Je zou de landelijke verdeling erin moeten betrekken. Ook maar een aanname van de koude grond hoor. Kortom, inderdaad, hier ligt een mooi onderzoek in het verschiet.

      Verwijderen
  6. Trouwens nog iets anders Leendert. Door jouw verhaal moest ik plots denken aan iets wat mijn moeder ooit vertelde. Vroeger, ver vóór de oorlog, waren er in Katwijk 2 gezinnen met iets bijzonders. In het ene gezin waren allemaal korte kinderen en één hele lange. En in het andere gezin waren er juist allemaal lange kinderen en één korte. Die twee afwijkende kinderen waren op dezelfde dag in het ziekenhuis in Leiden geboren. Het eerste afwijkende kind leek ook op de kinderen van het tweede gezin en het tweede kind leek op de kinderen van het eerste gezin. Volgens mijn moeder was dit een waar verhaal. Jij scheelt een week met Huig van der Meij, dus we zullen er maar van uitgaan dat jij de enige echte schrijver van het proefscrhift “Dialect en dialectverandering in Katwijk aan Zee” bent.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ja, dat korte en dat lange kind zijn duidelijk verwisseld natuurlijk, geen twijfel mogelijk.

      Verwijderen
  7. Jan van der Luijt2 januari 2017 om 21:44

    Je hoort ook weleens over stroomstoringen die geboortegolven ten gevolge hebben Adri en Leendert... Wàt zou er in de regio gebeurd kunnen zijn dat het totaal zó afwijkend is van de norm...

    BeantwoordenVerwijderen