donderdag 19 december 2019

Getrouwd!


En toen, op die gedenkwaardige dinsdag de 17de december, was het dat ik eindelijk de jurk mocht zien...

Ten voeten uit.

Op weg naar het gemeentehuis.

donderdag 12 december 2019

's Zondags – de Cotswolds 8


's Zondags gaan ze uit rijden, de bewoners van de Cotswoldsdorpjes, en zie je soms de leukste oldtimertjes voorbijkomen. Alsof je in de jaren vijftig of zestig terecht bent gekomen. De foto hierboven is wat dat betreft net een ansichtkaart, een ingekleurde bijna, met die vrouw met haar kleurige blauwe mantel in de verte.

vrijdag 29 november 2019

De manchetknopen

'Dit zijn ze.' Foto: Kees van der Wal.

Er zijn er maar 32 paar van gemaakt: 30 voor het dispuut Da Vinci van studentenvereniging Quintus aan de Boommarkt, 1 voor haar vader en 1 voor haar vriend, door Jolet, dochter van Kees. Na haar opleiding tot goudsmid in Amsterdam ging zij bij Schoevers studeren, in Den Haag. Zij woonde toen in Leiden. Zo kwam zij bij Quintus terecht, waar zij met Eva Jinek aan de klaverjasavonden deelnam. Toen op 1 januari 2002 de euro geïntroduceerd werd, gingen Jolet en haar medestudenten als een razende Italiaanse eeneuromunten verzamelen. Om de manchetknopen te maken. Die van Kees heb ik nu.
Kees, die mij als ik jarig was altijd verraste met een fles wijn van het merk Leonardo, stuurde me een mail: 'Wij zijn aan het "ontspullen" en nu vraag ik me af of je bij jouw smokinghemd manchetknopen draagt.' Daar had ik nog niet over nagedacht. Er kwam een volgend mailtje: 'De manchetknopen zijn wel iets voor jou, de afbeelding erop refereert aan Leendert (Leonardo).'

De 'Mens van Vitruvius' van Leonardo da Vinci, ± 1490.

Ik moest aan de wijn denken, met op het etiket een afbeelding van de man van Vitruvius. De afbeelding die ik ieder jaar onder ogen kreeg. Gemaakt door Da Vinci. Mijn naamgenoot. 'Dit zijn ze.' Weer een mail. Met een foto. Compleet overdonderd. Was ik. Beduusd. Toen ik een uurtje later langs de receptie van mijn werk kwam, lag er een pakje voor me. Van de man van de verrassingen.

woensdag 20 november 2019

Verdi's Aïda in Haarlem

Gisteren, vóór de uitvoering van Verdi's Aïda door Charkov City Opera & Ballet,
met regisseur Marc Krone en dirigent Jeroen Weierink, in de Stadsschouwburg Haarlem.

We staan er lachend op. En die meneer met de kraaksnoepjes ook, in de rij daarachter. Maar of hij lacht kunnen we net niet zien. Was hij doof, dat hij al die wikkels die hij van zijn snoepjes pelde niet meer hoorde? Zongen ze daarom zo hard, de vertolkers van Verdi's Aïda, om de oude snoeperd te overstemmen? Toen we na de pauze weer waren gaan zitten, leek een strenge blik van ons te helpen. Toen hadden we ook de Triomfmars al gehad, in het tweede bedrijf. 'Je moet maar durven,' zei Adri nog. 'Als componist. Al je kruit in het begin al verschieten.' Een thema dat daarna helemaal niet meer terugkomt, maar wel in je hoofd blijft hangen, ook als je langzaam indommelt op de zachte muziek uit het vierde bedrijf.


In bovenstaand filmpje is een mooie uitvoering van de Triomfmars te bewonderen.

dinsdag 19 november 2019

dinsdag 5 november 2019

Droste-effect – de Cotswolds 6


In Bourton-on-the-Water heb je een droste-effect.* Kijk maar eens goed op de onderste foto.


De uitbater van The New Old Inn dacht in de jaren dertig van de vorige eeuw: ik ga m'n dorp nabouwen. Op 12 mei 1937, de kroningsdag van koning George VI en koningin Elizabeth, opende hij achter zijn café Bourton-on-the-Water op een schaal van één op negen. Madurodam, maar dan anders, Engels. Met kalkstenen huisjes en leien dakjes. Het kleine dorp waarin hij zelf woonde nog eens kleiner nagemaakt. Maar hij ging verder en maakte ín dat dorpje ook weer een dorpje en daarin ook weer een dorpje. En zo verder.


Een model van The Model Village (met een model van The New Old Inn en de ticketshop)
en binnen dat model (iets boven het midden op de foto) weer een model van het model, enz.

* Het Engels heeft dezelfde benaming, geleend uit het Nederlands.

vrijdag 1 november 2019

Bourton-on-the-Water – de Cotswolds 5


Bourton-on-the-Water is zo'n dorp uit een Engels schoolboek. Een picture postcard village. Een speelgoeddorp, lijkt het wel. Met winkeltjes met ronde erkerramen en bruggetjes zonder leuning. Omdat je in het riviertje dat daar zachtjes onderdoor stroomt onmogelijk kan verdrinken.


Dat merkt deze hond ook.


Er zwemmen allemaal eenden.

vrijdag 25 oktober 2019

Het pak, de schoenen en de jurk


Trouwen, daar kunnen we niet lichtvoetig over doen. Zo'n verbond in het huis van de gemeente is een serieuze zaak. Had ik nog een pak? We namen het mee naar Schuitemaker in de Princestraat. Ik trok het aan en gelijk was duidelijk dat het om me heen was gaan slobberen. Dan maar een nieuw. Het was rustig in de winkel, dus we hadden alle tijd. Maar ook zonder die tijd word je hier altijd goed geholpen. Het pak waar ik bij uitkwam, zat als gegoten. 'Ik denk dat ik het na ons trouwen gewoon aan hou. Veel beter dan gewone kleren.' Alleen het overhemd nog even innemen... Een overhemd innemen? Ja, dat was voor mij ook nieuw. Dat zit toch verstopt, onder je jasje? 'Nee, maar als u het jasje uittrekt, dan ziet u het.' Ja, daar zat wat in. Niet dat ik dat van plan was op deze belangrijke dag. Mijn aanstaande was er ook heel blij mee, met mijn nieuwe pak. Haar jurk mag ik niet zien, maar zij mijn pak wel. Dat zijn de voorschriften, de riten, en ik wil ze graag zo houden, want het is een serieuze zaak, trouwen.

Er was nog een kleine discussie gaande tussen onze kleinkinderen Ronin van zes en Indy van negen jaar, over de kleur van de jurk. Indy vroeg zich dat af, wat voor kleur die zou hebben. Waarop Ronin zei: 'Wit natuurlijk. Een trouwjurk is altijd wit.' Zo van, dat snap je toch wel, daar hoef je toch niet over na te denken, hoe kun je zo dom zijn om te denken dat een trouwjurk een andere kleur heeft.

Dat pak was allemaal vrijdag. Zaterdag was het veel drukker in de Princestraat. We gaan naar Haasnoot, om mijn schoenen op de leest te zetten. Misschien kunnen ze onder mijn trouwpak. Maar ik begeef me op gevaarlijk terrein. Want als ik de schoenwinkel binnenloop, dwalen mijn ogen gelijk al af, en die van mijn aanstaande ook, zie ik, want ik ben een schoenenfetisjist, en mijn aanstaande misschien ook wel. Ik geef de schoenen die op de leest moeten aan de mevrouw achter de toonbank. Ze gaat er met haar hand in. Voorin zit een hard randje. 'Ja, ze zijn eigenlijk nooit gedragen,' vertel ik, 'omdat ze van toen ik ze kocht al knellen. Kijk maar, de zolen zijn nog helemaal nieuw. Staan al vijf jaar in de kast. Misschien kunnen ze onder mijn trouwpak.' Maar ondertussen heb ik al veel mooiere schoenen gezien voor onder dat pak. 'Een week zet ik ze voor u op de leest.' Ik ben ze al helemaal vergeten, die schoenen voor op de leest. Ik zie een mooie blauwe en een mooie bruine schoen. 'U mag ze wel even meenemen hoor, naar Schuitemaker.' Daar hou ik ze onder mijn pak. Ja, veel mooier. En het personeel is het met ons eens. 'Die. Ja, die moet je doen.' Helemaal af. Terug naar Haasnoot. Normaal heb ik maat 45. Voor de zekerheid pas ik ook nog een halve maat groter. 'Nee, dat worden clownsschoenen.' Toch 45. Mooie schoenen, van mooi soepel leer. Weer een stap verder naar de grote dag.

donderdag 10 oktober 2019

Onze Amerikaanse vrienden – de Cotswolds 4

We maakten foto's van elkaar.

Voor Wilma

Aan de ontbijttafel in Naunton kwamen we ze tegen, voor het eerst. Onze Amerikaanse vrienden. We raakten in gesprek. Met Don en Lenore en Chuck (van Charles) en Shirley. Het voelde als familie – we noemden elkaar 'our family'. Ze gingen niet zo hard als wij. Maar altijd kwamen we ze weer tegen. Onderweg. Maar ook als we een tearoom binnengingen, of een pub. En ook weer aan de ontbijttafel, in een volgende B&B. Dat kon je geen toeval noemen. Want waarom was in dat volle huis met al die gasten nou juist die ene tafel vrij gebleven, met die zes borden? Dat was bij Duncan en Linda. Hij in de keuken, eieren klutsen voor de scrambled eggs, en zij ronddelen en vragen of je tea of coffee wilde. Duncan, tegen wie Shirley zei dat ze bij het verlaten van de B&B de sleutel in de deur zou laten, waarop Duncan dan, als grapje, abrupt antwoordde, met zijn vinger als waarschuwing omhoog, waardoor Shirley haar zin niet kon afmaken: 'Uh, don't say this, don't mention the key, don't talk about it!' Dat was vast die Engelse humor die ze in dit land hadden.

Onze Amerikaanse vrienden.

We maakten foto's van elkaar. Hele leuke. En Don, die altijd vooropliep, maakte die foto van ons op de toren, de Broadway Tower. Waar ik aan jou vroeg of je met me wilde trouwen en jij ja zei. Dat wist Don niet. Die maakte gewoon een foto, van 'two happy people'. Nou, dat waren we. Nog happier dan hij toen wist op dat moment. Want hij stond onder aan de toren. En kon nooit zien wat er boven gebeurde.

Boven op de toren.

We waren de eersten die ochtend, de eerste twee, en op de tweede verdieping – of is het de derde, of noem je dat de tweede etáge? – wist ik dat ik het ging vragen aan jou, als we buiten waren, boven op de toren.

Dat wist Don niet.

En onze Amerikaanse vrienden – ze willen dat we naar Washington komen in hun grote land, we hebben een uitnodiging! – hoorden het als eersten, dat ik jou gevraagd had en jij ja zei. Dat was nadat we in dat Indiase restaurant gegeten hadden en zij daar natuurlijk ook weer binnenkwamen. Dat kon geen toeval zijn. Het moest zo zijn. Want zij bleven nog een extra nacht en dag in Chipping Campden en wij gingen verder de volgende dag. Ze móésten daar wel eten, daar wel langskomen, waar wij die avond aten. Anders hadden we nooit hun adressen gehad. En die foto van ons boven op de toren.

zondag 6 oktober 2019

Wandelen – de Cotswolds 3


We wandelen wat af, in de Cotswolds. Over paden en lanen, door weiden en akkers. Zacht glooiend. Een soft pillow landshape, zoals de dame het noemde bij de vier witte hekken die we passeerden – please close the gate – over het terrein van een paardenboerderij. De andere dame met wie zij was, had nog een vriendin gehad in Utrecht – ze sprak de plaatsnaam net zo keurig uit als haar high standard Oxford English – vertelde ze toen ze hoorde dat wij Dutch waren. Fleur Dijkstra. Haar vader was tandarts. Tandarts in Utrecht. Maar was zij nou geëmigreerd naar Amerika?







zaterdag 28 september 2019

Ringen


Vandaag hebben we de ringen uitgezocht. Bij Parlevliet in de Badstraat. We werden er zo vriendelijk geholpen. In witgoud. Die van haar met briljanten. Dat hadden onze ouders allemaal niet.


zondag 22 september 2019

Kalksteen – de Cotswolds 2


De huizen zijn van kalksteen, limestone. Dat is de steen die hier voorhanden is. De steen waarvan de aarde gemaakt is, waaruit de wereld hier bestaat. Een wereld waarin alles met alles samenhangt, al eeuwen, dezelfde steen, dezelfde kleur. In het noorden en oosten wat meer naar de kleur van honing, in het midden en zuiden wat meer naar de kleur van goud. Dan weet je waar je bent. Wij bevonden ons in het honingkleurige gebied, met plaatsen als Stanton, Naunton, Broadway en Chipping Campden.


dinsdag 17 september 2019

Bijbels – de Cotswolds 1


Bijbels, is het landschap van de Cotswolds. Arcadisch kun je het ook noemen. Het licht waarin deze lammeren bijeenliggen.


Er knapte een takje toen we voorbijliepen. Snel een paar foto's, voordat ze allemaal zouden zijn weggelopen, uit dit oude tafereel.

woensdag 28 augustus 2019

Dag lieve Louca

Louca in de duinen in april 2013.

Gisteren is onze lieve Louca naar de hondenhemel gegaan.

Het stukje hieronder schreef ik afgelopen december, toen ze de eerste problemen met haar hoofd kreeg. Ze heeft het nog lang volgehouden daarna.

Lieve Louca,

Als je er niet meer bent, straks, wat zal het leeg zijn zonder jou. Je lieve kop, die ons zo kon aankijken, 's ochtends vroeg al, bij het goedemorgenritueel: 'Goedemorgen Louca, goedemorgen! O, je ligt nog te slapen...' Maar als je dan wakker was, gek doen met je kop in je kussen, en later op de dag, in het zonnetje, zonnebadend op je rug, met je pootjes dromerig fietsend in de lucht. Je ogen die alles volgden, je oren die precies hoorden wanneer het vrouwtje thuiskwam. Hoe blij, hoe superblij je dan was. En dan lekker gek doen.
Hoe je rende toen je jong was, dat we je niet bij konden houden, dat je je in de duinen verstopte in de struiken en we daar wel twee volle uren omheen liepen en je riepen om je eruit te krijgen, terwijl jij daar doodgemoedereerd en uitgeteld van al die konijnengeuren om je heen heerlijk ergens middenin op het mos lag. Kleine boef. Hoe je blafte tegen de meeuwen op het strand en de tocht daarnaartoe al een hele belevenis was, van het vertrek bij de voordeur, met 'Hé Louca, ga je mee naar de zee?' – dat hoefde je trouwens maar één keer te zeggen – tot we Katwijk zo'n beetje binnenreden. Daar, aan het begin van de Boslaan kon jij de zee al ruiken. Dat was goed te horen achter in de wagen.
Over avonturen gesproken. Weet je nog dat je een keer bent mee geweest naar het Vondelpark, in de trein en in de tram en dan wandelen over het Museumplein, als een echt stadshondje uit Jip en Janneke.
Ach, je was zo'n lieverd, met alle kinderen in de straat, rollen op de stoep, je lekker aan laten halen, met alle hondjes in de buurt, rollen in het gras, altijd lief, zelfs met de poezen, die je met verbazing aankeken als je langs ze liep. En als het vrouwtje of baasje de ene kant op wilde, koos jij de andere kant. Lekker eigenwijs. Altijd verrassend.

We gaan je missen, Louca, heel erg missen, lieve Louca, lieve gekke speelse Louca, voor altijd, altijd in ons hart.

vrijdag 2 augustus 2019

Bloesembomen in het Amsterdamse Bos

Niek van der Plas, Bloesembomen in het Amsterdamse Bos,
Amsterdam, 2018. Olieverf op paneel, 54 x 64 cm.

Nieuw leven en de vergankelijkheid ervan. Dat symboliseert dit bos in het Amsterdamse Bos. Een bos met vierhonderd Japanse kersenbomen. Met allemaal een naam. Tweehonderd met Japanse vrouwennamen en tweehonderd met Nederlandse vrouwennamen. Als het voorjaar is, gaan we er beslist naartoe. Dan komt iedereen daar samen, Japanse mensen en Nederlandse mensen en mensen uit alle andere landen van de wereld, om het nieuwe leven te vieren, en ook stil te staan bij de vergankelijkheid ervan. Als het voorjaar is. Maar wij mogen er nu al van genieten, het hele jaar rond, met deze prachtige nieuwe Niek van der Plas. Onvergankelijk!

Klik op de foto om het schilderij groter te zien.

woensdag 24 juli 2019

Floris dood


Jeugdheld Floris is dood. Spannende tv op de vroege zondagavond. Met die fantastische intro, met muziek van Julius Steffaro (pseudoniem voor Jan Stoeckart) uitgevoerd door het Promenade Orkest onder leiding van Gijsbert Nieuwland.

vrijdag 19 juli 2019

'Pavillon de la Fontaine' van Niek van der Plas

Niek van der Plas, 'Pavillon de la Fontaine', Jardin du Luxembourg, Parijs, 2017.
Olieverf op paneel, 46 x 58 cm.

'Maar dat hang je toch niet op zolder!'
'Maar als het daar nou zo mooi staat, bij die schelpen uit Portugal en dat zeilbootje op de kast.'
'Ja, het staat daar wel heel mooi.'
'Voor mijn part hangen we het hele huis vol met Niek van der Plas. Dan beginnen we een museum. Langs de gevel hangen we dan een banier, hoe noem je dat, zo'n vlag langs de gevel? Nou, je weet wel wat ik bedoel.'
'En dan in de lengte, van boven naar beneden, alleen die vier letters: N I E K. Staat wel artistiek.'
'Gaan we om beurten suppoosten.'


Pavillon de la Fontaine van Niek van der Plas is gevat in een originele handgesneden lijst. Een Fránse handgesneden lijst. Dat betekent dat het schilderij een typisch Frans formaat heeft. De lijst is 'over de hoek', zoals Niek ons dat heeft uitgelegd. Dat betekent dat je geen kepen ziet, geen zaagsneden. De lijst loopt door, zonder einde en zonder begin.

Adri van Beelen, die niet alleen verstand heeft van muziek maar ook van alle andere kunst, wat zeg ik, cultuur in de ruimste zin van het woord, vindt het schilderij wel wat weg hebben van Max Liebermann, met die lichtvlekken overal. Ik ben eens gaan zoeken. Er is zo'n schilderij.

Max Liebermann, 'De Oude Vink', restaurant in Leiden, 1905. Olieverf op doek. Kunsthaus, Zürich.

Ook met van die lindegroene stoeltjes onder de bomen bij een paviljoen. We hebben ze ook in de tuin staan. De kleding is in een eeuw tijd wel wat luchtiger geworden en er worden geen hoeden meer gedragen, alleen nog bij speciale gelegenheden. Op het schilderij van Van der Plas ontwaren we zelfs een laptop, op het tafeltje rechts vooraan bij het uitklapbord. Stilletjes hoop ik dat dit attribuut van de moderne tijd een menukaart is. Je weet het niet hè, wat de het schildersoog gezien heeft, hoe de schilder het interpreteert, hoe de impressie bij hem is overgekomen, en vervolgens bij ons zal overkomen.

Je moet het zien, en er soms op gewezen worden door de schilder zelf, want kijk eens wat er allemaal gebeurt achter het terras en paviljoen in het Jardin du Luxembourg, al dat licht. Dat wil naar voren, maar je oog wil er ook naartoe. Hetzelfde zien we bij dat schilderij van een eeuw geleden. Dat licht in de achtergrond, dat naar je toe wil.

vrijdag 12 juli 2019

Heimwee en verlangen


Vanochtend op de fiets, al voor de tweede keer, gisteren ook al, dat liedje van 'Danny Boy'. Liedje vol heimwee en verlangen. Nu m'n ouders zo oud en breekbaar zijn. Een liedje, als ik het neurie, denk ik terug aan die dagen op het strand, dat ik met m'n zusje, we waren twaalf en acht, alvast het schermpje* gingen opzetten, dan hadden we een plekje, acht uur in de ochtend, misschien nog vroeger. Terwijl m'n moeder het ontbijt voor de badgasten maakte, de bedden deed. We lieten het schermpje staan en gingen terug naar huis. Als m'n moeder klaar was, gingen we weer terug naar strand, met een thermosfles met thee en broodjes en koeken en snoepjes. Het zou een warme dag worden. 's Middags kregen we een ijsje uit de strandtent. We schepten dammen in de zwin en zwommen in de zee. Daar ergens voer m'n vader.


Het was altijd zomer en we zouden nooit oud worden.


* Van het schermpje opzetten zijn geen foto's. Je nam geen fototoestel mee naar het strand zo 's ochtends vroeg en zeker niet om foto's te maken van het opzetten van een schermpje. Het was van blauwe of oranje stof. Op de foto's hierboven zijn mijn zus en ik tweeënhalf en zesenhalf jaar oud.
Er zijn veel uitvoeringen van 'Danny Boy'. De tekst is van Frederic Weatherly op de melodie van een oud Iers volksliedje. Adri van Beelen stuurde mij al deze informatie na het herkennen van mijn geneurie. Alles in een appje. Er is een mooie uitvoering van van Johnny Cash:


En ook nog eentje uit zijn laatste levensjaar, met een decent orgeltje: